gakken werkw. Uitspraak: [ 'xɑkə(n) ] Afbreekpatroon: gak·ken Vervoegingen: gakte (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft gegakt (volt.deelw.) (van een gans) geluid maken Voorbeeld: 'De ganzen blijven maar gakken; ik word er gek van.' 2 definities... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/gakken