het gelag zelfst.naamw. Uitspraak: [ xə'lɑx ] Afbreekpatroon: ge·lag wat je gegeten en gedronken hebtverouderd het gelag betalen (voor iemand) (moeten boeten (voor iemand)) 'Bierbrouwers laten de horeca het gelag betalen voor hun verliezen als gevolg van de prijzenoorlog van de supermarkten.' hard gelag (zwaar lot) 'De droogt... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/gelag
[Let op: Spelling en uitleg uit 1890] onaangename, slechte toestand, lot. Ook, 't geen men neerlegt op tafel, om zijne vertering te betalen. Voor iemand het gelag betalen = betalen 't geen een ander verteerd heeft, fig. boeten voor de misdrijven van een ander. Gevonden op https://www.dbnl.org/tekst/beer004woor01_01/beer004woor01_01_0011.php