de Gelderlander zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ 'gɛldərlɑndər ] Afbreekpatroon: Gel·der·lan·der Verbuigingen: Gelderlanders (meerv.) de Gelder - se zelfst.naamw. Uitspraak: [ 'gɛldər - sə ] Afbreekpatroon: Gel·der·lan·der Verbuigingen: Geldersen (meerv.) iemand die in de Nederlandse provincie Gelderland woont of daarvandaan komt
1) Arnhemmer 2) Geldersman 1) Nederlander 2) Paardenras 
iemand die afkomstig is uit Gelderland; inwoner van Gelderland