gewoonlijk bijwoord Uitspraak: [ xəˈwonlək ] Afbreekpatroon: ge·woon·lijk zoals het meestal is Voorbeeld: 'In het weekend gaan we gewoonlijk naar de bioscoop.' Synoniem: meestal Synoniemen: algemeen door de bank doorgaans gemeenlijk meestal merendeels normaliter over het algemeen Intensiveringen Uitdrukkingen die gewoonlijk beteken...
1) Algemeen 2) Anders 3) Dikwijls 4) Doorgaans 5) Doorlopend 6) Gebruikelijk 7) Gemeenlijk 8) Habitueel 9) Meest 10) Meestal 11) Merendeels 12) Normaal 13) Normaliter 14) Steevast 15) Vaak 16) Veelal 1) Algemeen 2) Bijwoord 3) Door de bank 4) Doorgaans 5) Gebruikelijk 6) Gemeenlijk 7) Geregeld 8) Gewoon 9) Habitueel 10) In de regel 11) Meermalen 12) Meest 13) Meestal 14) Meestentijds 15) Merendeels 16) Naar gewoonte 17) Non-stop 18) Normaal 19) Normaliter 20) Vaak 
de meeste keren vb: gewoonlijk is hij wel op tijd Synoniemen: doorgaans meestal veelal Tegenstellingen: soms weleens
•zoals de ervaring leert dat het meestal is. •tweede betekenisomschrijving.
doorgaans, overeenkomend met gewoonte