hernemen werkw. Uitspraak: [ hɛr'nemə(n) ] Afbreekpatroon: her·ne·men Vervoegingen: hernam (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft hernomen (volt.deelw.) 1) door gevechten opnieuw in bezit krijgen ouderwets Voorbeelden: 'Na harde strijd hernam het leger de stad.' , 'De politie heeft de straat hernomen op de protestere...
1) Heroveren 2) Hervatten 3) Terugnemen 1) Hervatten 2) Opnieuw beginnen 3) Terugnemen 
er na een onderbreking weer mee verder gaan vb: hij hernam zijn betoog na de pauze
•opnieuw verkrijgen. •opnieuw de draad van het gesprek opnemen. •opnieuw innemen. •tweede betekenisomschrijving. •enz.