
honi(n)g uitdr.: Voorbeeld: ‘
zijn heuning opdoen’: voordeel halen uit, rijk worden - Voorbeeld: ‘
Een voor één weet hij (...) hoe de een (...) door spaarzaam beleg, krebbebijten met mondjesmate en zorg, meeslag met de opkomende jongens, stilaan veroverd en hun heuning opgedaan hebben’
Gevonden op
https://www.dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0011.php
Geen exacte overeenkomst gevonden.