de hoogheid zelfst.naamw. (v.) Afbreekpatroon: hoog·heid Verbuigingen: hoogheden (meerv.)
1) aanzien, grootheid, majesteit 2) iemand die een zeer hoge adellijke rang bekleedt Voorbeeld: 'Nadat zijne hoogheid gearriveerd was kon de plechtigheid beginnen.' . Synoniemen: aanzien edel eerwaarde eminentie grootheid majes...
Gevonden op
https://www.woorden.org/woord/hoogheid
1) Aanspreektitel 2) Aanspreektitel van een vorst 3) Aanzien 4) Adellijke titulatuur 5) Altesse 6) Edel 7) Eminentie 8) Groothartigheid 9) Grootheid 10) Heerlijkheid 11) Hoge titel 12) Koninklijke titel 13) Majesteit 14) Titel van vorsten 15) Verheffing 16) Verhevenheid 17) Vorstelijke aanspreektitel
Gevonden op
https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Hoogheid/1
1) Aanzien 2) Altesse 3) Eerwaarde 4) Eminentie 5) Fierheid 6) Gezag 7) Grandeur 8) Grootheid 9) Hauteur 10) Heerlijkheid 11) Hh 12) Hooghartigheid 13) Magnificentie 14) Majesteit 15) Onaantastbaarheid 16) Sire 17) Trots 18) Verheffing 19) Verhevenheid 20) Voornaamheid
Gevonden op
https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Hoogheid/1
Let op: Spelling van 1858 de titel van alle koninklijke prinsen en prinsessen, en in Turkije van den Grootvizier en somwijlen ook van den Sultan. Afstammelingen van een keizerlijk huis dragen den titel van Keizerlijke Hoogheid
Gevonden op
http://www.dbnl.org/tekst/weil004kuns01_01/
1) het hoog zijn; verhevenheid
2) iemand van hoge adel, direct onder de koning of koningin; hooggeplaatst persoon, die van adel is; ook: aanspreektitel voor een persoon van hoge adel
Gevonden op
https://anw.ivdnt.org/article/hoogheid
Geen exacte overeenkomst gevonden.
