immuun bijv.naamw. Uitspraak: [ ɪˈmyn ] Afbreekpatroon: im·muun 1) als je een ziekte niet meer kunt krijgen Voorbeeld: 'Ik ben immuun voor mazelen.' Antoniem: vatbaar Synoniem: resistent 2) als je ongevoelig bent (voor iets) Voorbeeld: 'immuun worden voor oorlogsbeelden doordat je ze iedere dag op televisie ziet'... Gevonden op https://woorden.org/woord/immuun
1) Ongevoelig 2) Ongevoelig voor 3) Volhardend 4) Onschendbaar 5) Onvatbaar voor ziekte 6) Geen gevoel voor 7) Onvatbaar 8) Niet vatbaar voor ziekte 9) Niet vatbaar voor ziekten 10) Niet vatbaar voor ziektes 11) Niet vatbaar voor infecties 12) Niet vatbaar 13) Niet ontvankelijk 14) Restistent 15) Resistent Gevonden op https://mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Immuun/1
onvatbaar zijn voor een bepaalde ziekte. Voor sommige ziekten wordt iemand niet meer ziek na het doormaken van deze ziekte of na inenting of vaccinatie Gevonden op https://encyclo.nl/lokaal/10590
Ongevoelig voor bepaalde ziekten. Na een virusinfectie maakt het lichaam antistoffen aan. Bij een volgende infectie met dezelfde micro-organismen zal het lichaam de juiste leucocyten aanmaken om de indringers snel onschadelijk te maken. Gevonden op https://encyclo.nl/lokaal/10696
niet vatbaar zijn voor ziekte vb: die prik maakt je immuun voor mazelen immuun voor beledigingen [je er niet door laten raken] Gevonden op https://mowb.muiswerken.nl/