intact bijv.naamw. Uitspraak: [ ɪnˈtɑkt ] Afbreekpatroon: in·tact heel Voorbeeld: 'de voorgevel intact laten, maar daarachter een nieuw gebouw neerzetten' Antoniem: kapot Synoniem: onbeschadigd Synoniemen: gaaf heel beschadigd (antoniem) kapot (antoniem) 8 definities...
1) Compleet 2) Gaaf 3) Heel 4) In goede staat 5) In zijn geheel 6) Maagdelijk 7) Niet aangeraakt 8) Niet aangeroerd 9) Niet defect 10) Niet geroerd 11) Niet kapot 12) Niet stuk 13) Niet verbroken 14) Onaangeraakt 15) Onaangeroerd 16) Onaangetast 17) Onbeschadigd 18) Onbevlekt 19) Ongebroken 20) Ongedeerd 1) Compleet 2) Gaaf 3) Heel 4) Maagdelijk 5) Onaangeraakt 6) Onaangeroerd 7) Onbeschadigd 8) Ongebroken 9) Ongedeerd 10) Ongerept 11) Ongeschonden 12) Onverkort 13) Onverlet 14) Puntgaaf 
[Mil. Woordenboek, spelling van 1861 ``Intact``] Onaangeroerd, zijn troepen, die nog niet in gevecht gekomen zijn. Zie Liniën, Reserven
Let op: Spelling van 1858 intactus, Lat., onaangeroerd; onbevlekt, rein
heel en compleet vb: is die oude computer nog intact? Synoniemen: gaaf ongeschonden Tegenstelling: beurs [2]
•in goede staat, onaangetast.
onaangeroerd
iets wat ongeschonden is
in goede staat