intelligent bijv.naamw. Uitspraak: [ ɪntɛliˈxɛnt ] Afbreekpatroon: in·tel·li·gent als je moeilijke dingen gauw begrijpt Voorbeeld: 'Zij is intelligent genoeg om aan de universiteit te kunnen studeren.' Antoniem: dom Synoniemen: : knap, slim, pienter, Synoniemen: doordacht geleerd knap pienter schrander slim wijs stompzinnig (antoniem...
1) Begrijpelijk 2) Bevattelijk 3) Doordacht 4) Een goed verstand hebben 5) Geleerd 6) Gevat 7) Heel begaafd 8) Knap 9) Met een goed verstand 10) Met vernuft 11) Niet stom 12) Pienter 13) Scherpzinnig 14) Schrander 15) Slim 16) Uitmuntend door verstand 17) Verstandig 18) Wijs 1) Bevattelijk 2) Geleerd 3) Kien 4) Knap 5) Nuftig 6) Pienter 7) Scherpzinnig 8) Schrander 9) Slim 10) Snedig 11) Spits 12) Spitsvondig 13) Vernuftig 14) Verstandig 15) Verstanding 16) Wijs 
verstandig (toon de herkomst via de etymologiebank)
hij snapt het vlug, reageert snel vb: hij heeft hoge cijfers, hij is heel intelligent Synoniemen: pienter slim schrander scherpzinnig
•met een goed verstand of daarvan blijk gevend.
verstandig
verstandig