jaloers bijv.naamw. Uitspraak: [ jaˈlurs ] Afbreekpatroon: ja·loers 1) als je het vervelend vindt dat jij iets niet hebt dat een ander wel heeft Voorbeeld: 'als je geen partner hebt jaloers zijn op mensen die gelukkig getrouwd zijn' Synoniem: afgunstig 2) als je steeds bang bent je partner te verliezen aan een ander Gevonden op https://www.woorden.org/woord/jaloers
je akelig voelen omdat iemand iets heeft wat je ook wilt hebben vb: iedereen was jaloers op Eva die zulke mooie kleren had Synoniem: afgunstig Gevonden op http://www.muiswerk.nl/mowb/?word=jaloers