de kaak zelfst.naamw. (m./v.) Uitspraak: [ kak ] Verbuigingen: kaken (meerv.) 1) lichaamsdeel waar je tanden en kiezen in zitten anatomie Voorbeeld: 'onderkaak' 2) aan de kaak stellen ((iets verkeerds) onder de aandacht brengen) 'het wapenmisbruik aan de kaak stellen' Synoniemen: schandpaal scheepsbeschui...
1) Been van het gelaat 2) Beendergestel 3) Deel van de mond 4) Deel van de schedel 5) Deel van een hoofd 6) Deel van een schedel 7) Deel van een skelet 8) Deel van het gelaat 9) Deel van het gezicht 10) Deel van het hoofd 11) Droog soort koek 12) Etenswaar 13) Gebak 14) Hard meelgebak 15) Hoofdbot 16) Kieuw 1) Kieuw 2) Kin 3) Kinnebak 4) Koekje 5) Rukwind 6) Schandpaal 7) Scheepsbeschuit 8) Wang 
T1: rukwind. T2: bui, opkomende harde wind [zie ook: haak].
koekje (toon de herkomst via de etymologiebank)
De kaak is het tanden dragend deel van het skelet, te onderscheiden in bovenkaak (maxilla) en onderkaak (mandibula). De bovenkaak wordt gevormd door het linker en rechter boven-kaakbot (os maxillare), elk met een kaakholte (sinus maxillaris) en ten opzichte van de rest van de aangezichtsschedel onbeweeglijk. De wel beweeglijke onderkaak bestaat eve...
bot waar je tanden en kiezen in zitten vb: hij kreeg bij het vechten een klap tegen zijn kaak
1) deel van de schedel dat uit een ondergedeelte en een bovengedeelte bestaat die zich rond de mondholte bevinden en waarin de tanden en kiezen zitten 2) elk van de beide zijkanten van het gezicht vanaf de onderkaak tot aan de slaap; wang 3) platform waarop of paal waaraan veroordeelden vroeger in het openbaar tentoongesteld w...
• [anatomie] het beendergestel dat de mondholte omsluit en waarin de tanden en kiezen geplaatst zijn.
[I] deel van skelet waarin tanden en kiezen zitten [II] plotseling opkomende harde wind, zware bui, oude scheepsterm voor buien van wind en regen [III] schandpaal
[Let op: Spelling en uitleg uit 1890] eigenlijk een kolom aan het raadhuis, waarop iemand tot straf te pronk gesteld werd. De veroordeelde werd met halsband en kettingen zoodanig bevestigd, dat hij niet ontvluchten kon. Recidivisten werden vaak met een oor aan de kaak vastgespijkerd. Nog over in de uitdrukking: ‘i...
wang - Voorbeeld: ‘Tot dat moeders handen het wichtje onder de oksels opschepten en een hertelijke smok met haar dikke lippen, zijn roze kaakjes kusten’
deel van skelet waarin tanden en kiezen zitten - Jaar van herkomst: 1285 (CG Rijmb. )
1> plotseling opkomende zware wind of bui. 2> Vlaamse term voor kokerwang. 3> elk der twee 'tanden' van een gaffel.
Gnathos.