de kassa zelfst.naamw. (m./v.) Uitspraak: [ ˈkɑsa ] Afbreekpatroon: kas·sa Verbuigingen: kassa's (meerv.) voorwerp waar geld in zit en de plaats waar je betalingen kunt doen Voorbeelden: 'de kosten van alle boodschappen optellen met de kassa en het ontvangen geld erin doen' , 'gereserveerde kaartjes voor het concert bij de kassa afhalen ... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/kassa
•een plaats in een winkel waar men zijn aankopen betaalt. •een plaats in een theater waar men zijn tickets reserveert of betaalt. •een machine in een winkel om ontvangen geld te registreren en te bewaren. Gevonden op https://nl.wiktionary.org/wiki/kassa
De kassa is de plek in een winkel waar je je boodschappen af kunt rekenen. Ook is het de benaming voor het kasregister, het apparaat bij de kassa waar het wisselgeld in zit en dat het bedrag dat je moet betalen uitrekent en de bon afdrukt. [basiswoordenlijst groep 3] Gevonden op https://wikikids.nl/Kassa
Toestel in een winkelomgeving (gewoonlijk voorzien van een geldla) waarmee transacties worden geregistreerd en afgerekend. Gevonden op https://www.encyclo.nl/lokaal/11557