1) Afsnijden 2) Breken 3) Inkorten 4) Kortwieken 5) Motsen 6) Snoeien 7) Verminderen 8) Verzwakken 1) Aftakken 2) De top afsnijden 3) De top afsnijden van 4) De top eraf slaan 5) De top van bomen afslaan 6) De top van bomen afzagen 7) De top van de bomen afsnijden 8) Fnuiken 9) Inkorten 10) Knutten 11) Kortwieken 12) Motsen 13) Natuurbeheer 14) Snoeien 15) Snoeien van bomen 
het regelmatig terugknippen van een boom of heester tot op de hoofdstam
de top pen van iets inkorten (toon de herkomst via de etymologiebank)
Het regelmatig terugsnoeien van bomen en struiken tot een vast punt boven de grond. Zo ontstaat een kroon met een beperkte omvang. 
is het verijderen van alle reeds gevormde scheuten. De plaats waar deze scheuten ontsprongen zijn, wordt steeds dikker en wordt `knot` genoemd.
1) bomen, struiken of dikke takken van hun top of zijscheuten ontdoen 2) kosten besparen; bezuinigen, korten, besnoeien 3) woorden inkorten, bekorten