de landing zelfst.naamw. (v.) Uitspraak: [ ˈlɑndɪŋ ] Afbreekpatroon: lan·ding Verbuigingen: landingen (meerv.) keer dat iets landt Voorbeeld: 'de landing van een vliegtuig' Synoniemen: afdaling daling terechtkomen val 6 definities...
1) Aankomst 2) Aankomst per vliegtuig 3) Aankomst van vliegtuig 4) Afdaling 5) Afdaling op aarde 6) Daling 7) Debarkatie 8) Einde van een vliegtocht 9) Einde van een vlucht 10) Het aan land gaan 11) Het neerkomen 12) Het uit de lucht neerkomen op de grond 13) Nederdaling 14) Neerkomen van vliegtuigen 1) Afdaling 2) Daling 3) Debarkatie 4) Ontscheping 5) Terechtkomen 6) Val 
[Mil. Woordenboek, spelling van 1861 ``Landing``] De ontscheping van troepen, welke door eeue transportvloot over zee naar eene vijandelijke kust zijn overgevoerd; de overgang van een gewoon zee-transport of van operatiën ter zee tot operatiën te lande; de eerste stap tot deze laatste. Elke landing vooronderstelt dus een overtogt, maar ook...
het op de grond neerkomen vb: de astronaut had een zachte landing
[Let op: Spelling en uitleg uit 1890] (Bargoens), ontdekking.
1> een visnet uit het water trekken. Ook ophalen genoemd. [Links: Diverse termen inzake het vistuig .] Genoemd in: Dr. Th. H. van Doorn, Terminologie van Riviervissers in Nederland. 2> met een vaartuig tegen het land of een zandbank komen. 3> het gedeelte dat twee, naast elkaar liggende, gangen elkaar overlappen. Kortweg het land genoemd.
(Bargoens, 1914) ruzie
Eng. het landen van het vliegtuig op de landingsbaan (runway); in tegenstelling tot take off
[Bargoens, boeventaal] ruzie. De gooser heb landing met ze niese gehad.