
I lentegroen bijv.naamw. Afbreekpatroon: len·te·groen
de kleur lentegroen hebbend Voorbeeld: 'Hij rijdt in een lentegroene auto.' II het lentegroen zelfst.naamw. Afbreekpatroon: len·te·groen Verbuigingen: lentegroentje (verkleinwoord)
de frisse groene kleur zoals die in de lente gezien kan worden Voorbeeld: 'Heeft u die ook in h...
Gevonden op
https://www.woorden.org/woord/lentegroen

1) Frisse kleur 2) Jong bomenloof 3) Jonge bladeren aan de bomen 4) Kleur 5) Ontluikend gebladerte
Gevonden op
https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Lentegroen/1
1) het geheel van nieuwe, frisgroene bladeren en jonge scheuten dat zich in de lente vormt aan bomen en planten
2) groenten die jong worden geoogst in de lente
3) frisgroene kleur van jonge bladeren en scheuten in de lente; lentegroene kleur
4) met de frisgroene kleur van nieuwe bladeren in de lente; een frisgroene kleu...
Gevonden op
https://anw.ivdnt.org/article/lentegroen
Geen exacte overeenkomst gevonden.