lofprijzing, -tuiging, -tuiting - Voorbeeld: ‘Ik meen: dat al die “taalbrijzelaars” eens duchtig dienen tot de orde geroepen te worden of anders... werk die lofzwaaierij schadelijk’ (Geurts III 165) Gevonden op https://www.dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0015.php