de luier zelfst.naamw. (m./v.) Uitspraak: [ 'lœyjər ] Afbreekpatroon: lui·er Verbuigingen: luiers (meerv.) kledingstuk voor mensen die in hun broek plassen en poepen Voorbeelden: 'De peuter is al zindelijk, maar 's nachts heeft hij nog een luier om.' , 'wegwerpluiers' 6 definities... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/luier
Vierkante, langwerpige of driehoekige doeken, meestal met spelden vastgemaakt, gedragen door zuigelingen; tegenwoordig meestal vervangen door wegwerp-exemplaren Gevonden op https://www.ksart.nl/term/luier