makkelijk bijv.naamw. Afbreekpatroon: mak·ke·lijk wat weinig moeite kost om te doen Voorbeeld: 'Het examen was heel makkelijk en iedereen slaagde.' Antoniem: moeilijk Synoniem: simpel jij hebt makkelijk praten (jij hebt het probleem niet) Synoniemen: allicht comfortabel eenvoudig flexibel gemakkelijk handig licht praktisch simpel moeilijk...
1) Allicht 2) Comfortabel 3) Coulant 4) Eenvoudig 5) Flexibel 6) Gedwee 7) Gemakkelijk 8) Gemakzuchtig 9) Gerieflijk 10) Handelbaar 11) Handig 12) Licht 13) Meegaand 14) Meegand 15) Moeiteloos 16) Niet moeilijk 17) Praktisch 18) Simpel 19) Vloeiend 20) Zeer wel 21) Zonder inspanning 22) Zonder moeite 1) Allicht 2) Eenvoudig 3) Gedwee 4) Gemakkelijk 5) Gemakzuchtig 6) Geriefelijk 7) Gerieflijk 8) Handelbaar 9) Licht 10) Meegaand 11) Moeiteloos 12) Praktisch 13) Probleemloos 14) Simpel 15) Vermakkelijk 16) Vloeiend 17) Vlot 18) Vlotjes 
gemakkelijk (toon de herkomst via de etymologiebank)
wat je zonder veel inspanning kunt doen vb: dat proefwerk was makkelijk Synoniem: gemakkelijk Tegenstellingen: ingewikkeld lastig moeilijk
•niet moeilijk, waar weinig moeite en inspanning voor vereist is. (+audio)
eenvoudig
eenvoudig