de marktdag zelfst.naamw. (m.) Afbreekpatroon: markt·dag Verbuigingen: marktdagen (meerv.) Verbuigingen: marktdagje (verkleinwoord) dag waarop markt gehouden wordt Voorbeeld: ''s woensdags is het altijd marktdag in.' . Deze woorden beginnen met marktdag: • marktdagen ... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/marktdag