mensa zelfst.naamw. (de) Afbreekpatroon: men·sa Verbuigingen: mensae<br>mensa's (meerv.) Verbuigingen: mensaatje (verkleinwoord) eetgelegenheid voor studenten Voorbeeld: 'in de mensa kon men in 1965 voor 1,80 nlg een heerlijke maaltijd (met toetje) krijgen alsmede een portie gezelligheid' . Synoniemen: eetgelegenheid kantine refter 4... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/mensa