
neerschieten werkw. Uitspraak: [ 'nersxitə(n) ] Afbreekpatroon: neer·schie·ten Vervoegingen: schoot neer (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft neergeschoten (volt.deelw.)
met een (vuur)wapen beschieten Voorbeelden: 'De overvallers schoten drie winkelmedewerkers neer; twee zijn onmiddellijk overleden en de derde ligt nog in het ziekenhu...
Gevonden op
https://www.woorden.org/woord/neerschieten

1) Doden 2) Doodschieten 3) Fusilleren 4) Met een zeker wapen doden 5) Met zeker wapen doden 6) Neerknallen 7) Neerleggen 8) Omverblazen 9) Overhoopschieten
Gevonden op
https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Neerschieten/1

1) Doden 2) Doodschieten 3) Fusilleren 4) Neerknallen 5) Neerleggen 6) Neerpaffen 7) Overhoopschieten
Gevonden op
https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Neerschieten/1
Geen exacte overeenkomst gevonden.