met vlammen omgeven, vlammend omgeven - Voorbeeld: ‘Dat was nu het groot zonnefeest, de zomerdans, de wereld aan 't gruizelbotsen tegen de zon die daar grijpelijk dicht, het koon omvlamde’ Gevonden op https://dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0018.php