de opoe zelfst.naamw. (v.) Verbuigingen: opoes (meerv.) Verbuigingen: opoetje (verkleinwoord) Grootmoeder, oma een vrouw met kleinzoon of kleindochter. Voorbeeld: 'Er bestaan veel dialectwoorden voor oma zoals bomma, memme, metje, moemoe, moeke, beppe, opoe.' . Synoniemen: grootje grootmoe grootmoeder oma Intensiveringen Hoe kun je met ...
1) Bomma 2) Familielid 3) Grootje 4) Grootmama 5) Grootmoe 6) Grootmoeder 7) Grootouder 8) Moeders moeder 9) Oma 10) Oude vrouw 1) Grootje 2) Grootmoe 3) Grootmoeder 4) Oma 
grootmoeder (toon de herkomst via de etymologiebank)
(Amsterdams) ongesteld zijn
moeder van je vader of moeder vb: de moeder van oma werd nog opoe genoemd Synoniemen: oma grootmoeder
1) moeder van iemands vader of moeder; oma; grootmoeder 2) een oude vrouw
grootmoeder