opsluiten werkw. Uitspraak: [ ˈɔpslœytə(n) ] Afbreekpatroon: op·slui·ten Vervoegingen: sloot op (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft opgesloten (volt.deelw.) (iemand) in een afgesloten ruimte laten blijven Voorbeeld: 'De honden zaten al weken opgesloten in een veel te klein hok.' Synoniemen: achter de tralies zetten gevangen zetten... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/opsluiten
Gevangenzetten of in een afgesloten ruimte plaatsen. Categorie: Functionele activiteiten > juridische functies. Gevonden op https://www.encyclo.nl/lokaal/10491