de outsider zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ 'ɑutsɑjdər ] Afbreekpatroon: out·si·der Verbuigingen: outsiders (meerv.) iemand die er (nog) niet bij hoort Voorbeelden: 'Hij was een politieke outsider en moest nog lid worden van de partij, toen hij werd benoemd tot directeur van het wetenschappelijk bureau.' , 'Franse outsider wint het wer... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/outsider