Let op: Spelling van 1858 het voornaamste anker van een schip, dat men op de plecht gereed houdt, om het in den uitersten nood te gebruiken; fig. iemands laatste toevlugt Gevonden op http://www.dbnl.org/tekst/weil004kuns01_01/
Spreekwoorden: (1914) Plechtanker, d.w.z. volgens Winschooten, 191: Een anker, dat men op de plegt4) set, om gereed bij der hand te sijn: het beteekend ook bij uitneemendheid een swaar anker, dat men in de uiterste nood gebruikt: van de Latijnisten genaamd sacra anchora: want sacer somtijds oover groot beteekend: vide Lex... Gevonden op https://www.encyclo.nl/lokaal/10778