poetsen werkw. Uitspraak: [ ˈputsə(n) ] Afbreekpatroon: poet·sen Vervoegingen: poetste (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft gepoetst (volt.deelw.) 1) (iets) door wrijven of borstelen schoon en glanzend maken Voorbeelden: 'het zilveren bestek poetsen' , 'je tanden poetsen' 2) schoonmaken Voorbeeld: 'Ik heb giste...
1) Afdoen 2) Boenen 3) Frotteren 4) Ontfutselen 5) Opblinken 6) Opwrijven 7) Parten 8) Politoeren 9) Reinigen 10) Schoonmaken 11) Schrobben 12) Uitwrijven 13) Vagen 14) Vegen 15) Verwijderen 16) Wrijven 1) Afdoen 2) Boenen 3) Gladden 4) Gladmaken 5) Glanzend maken 6) Glanzend wrijven 7) Glimmend maken 8) Ontdoen van vuil 9) Ontfutselen 10) Opblinken 11) Oppoetsen 12) Opwrijven 13) Politoeren 14) Reinigen 15) Schoon maken 16) Schoonmaakwerk 17) Schoonmaken 18) Schrobben 19) Uitwrijven 20) Vagen 21) Vegen 
Poetsen betekent het schoonmaken van een stuk levend steen door substraatbroeders.
schoonmaken, glanzend maken (toon de herkomst via de etymologiebank)
•door middel van wrijven zaken schoner maken.
reinigen
reinigen
de vuurhaard van de stoomketels schoonmaken.