1) zoutwatervis met een grote kop die bij gevaar met behulp van zijn blaas een knorrend geluid kan maken; knorhaan; zeehaan 2) zeilend vaartuig dat van de dertiende tot de twintigste eeuw op binnenwateren werd gebruikt om vrachtgoederen te vervoeren Gevonden op https://anw.ivdnt.org/article/poon
In een poon en zeker de robuuste Zeeuwse, zie je de oervorm van de tjalk met kenmerken van de oude pink of bom. Een bezaansgetuigde éénmaster met een kenmerkend gebogen, van boven naar binnen vallende puntige voorsteven en platte berghouten die doorlopen tot voor- en achtersteven. Gevonden op https://vaartips.nl/tipp.htm
scheepstype. Houten vrachtschip van de Zeeuwse en Zuid-Hollandse stromen, dat verwantschap met de Tjalk en de Otter vertoont. Ook Zeeuwse poon, Poonschip of Poonschuit genoemd. [ Afbeeldingen ] Verder schijnt men ook een Brabantse poon te onderscheiden, die vermoedelijk iets kleiner was. Het is een schip met ronde vormen, rechte, iets vallen... Gevonden op https://www.debinnenvaart.nl/binnenvaarttaal/index.php?woord=pk#poon
Tjalkachtig vaartuig met zijzwaarden en sterk oplopende voor- en achtersteven en één mast, in het zuiden des lands gebruikt als vrachtschip en beurtschip. Voerde bezaantuig. Gevonden op https://www.encyclo.nl/lokaal/10827