Spreekwoorden: (1914) Iets voor een prikje koopen, d.w.z. iets voor een kleinigheid, 17<sup>de<-sup> eeuw een treusneus1), koopen. Wellicht heeft prikje hier eig. de bet. van een klein stokje, een klein dun houtje en vandaar iets van weinig waarde, eene kleinigheid. Zie De Jager's artikel in de Latere Versch. ... Gevonden op https://www.encyclo.nl/lokaal/10778