
de raddraaier zelfst.naamw. (v.) Afbreekpatroon: rad·draai·er Verbuigingen: raddraaiers Verbuigingen: raddraaiertje
iemand die dingen doet die bij de wet verboden zijn Voorbeelden: 'De raddraaiers werden door de politie gearresteerd en opgesloten.' , 'De raddraaier groeide op voor 'galg en rad'.' Synoniemen: belham opruier raddraaister
Gevonden op
https://woorden.org/woord/raddraaier

1) Opruier 2) Vandaal 3) Opstoker 4) Oproerkraaier 5) Onruststoker 6) Aanstichter 7) Aanstoker 8) Aanstoker tot oproer 9) Deugniet 10) Desperado 11) Iemand die aan een rad draaid 12) Schavuit 13) Rebel 14) Relschopper 15) Raddraaister 16) Belhamel 17) Veroorzaker
Gevonden op
https://mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Raddraaier/1

aanstoker
Jaar van herkomst: 1830 (WNT )
Gevonden op
https://dbnl.org/tekst/sijs002chro01_01/colofon.php

Spreekwoorden: (1914)
Een raddraaier,d.w.z. de aanvoerder, de aanstoker, de bewerker bijv. van een oproer; hd. ein Rädelsführer1); eig. degeen, die het rad draait, waardoor eene machine in beweging wordt gebracht; vgl. in de 17<sup>de<-sup> eeuw: een werveldraaier (Vondel, Rommelpot, 167; Pers, 669 ...
Gevonden op
https://encyclo.nl/lokaal/10778

aanstoker (toon de herkomst via de etymologiebank)
Gevonden op
https://etymologiebank.nl/trefwoord/raddraaier
Geen exacte overeenkomst gevonden.