reiken werkw. Uitspraak: [ ˈrɛikə(n) ] Afbreekpatroon: rei·ken Vervoegingen: reikte (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft gereikt (volt.deelw.) 1) proberen te pakken met je hand Voorbeeld: 'reiken naar een boek op de bovenste plank' 2) zo ver komen als Voorbeelden: 'Haar lange haar reikt tot haar billen.' , 'ma... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/reiken
1) Aanbieden 2) Aangeven 3) Aanreiken 4) De armen uitstrekken 5) De hand geven 6) De hand naar iets uitstrekken 7) De hand uitsteken 8) De hand uitstrekken 9) Geven 10) Grijpen naar 11) Nemen 12) Pakken 13) Rekken 14) Strekken 15) Toesteken 16) Uitstrekken 17) Uitstrekken naar 18) Voldoende zijn 19) Zich tot een zekere grens uitstrekken Gevonden op https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Reiken/1
•"~ naar" de armen uitstrekken tot iets •"~ tot (aan)" werkzaam of aanwezig zijn tot een bepaalde grens •tweede betekenisomschrijving. •enz. Gevonden op https://nl.wiktionary.org/wiki/reiken
1.de hand naar iets uitstrekken (VD A 1) Voorbeeld: ‘'t Is te veel, zei hij meteen en reikte naar zijn muts om te vertrekken’ 2.te voorschijn halen, nemen, pakken (VD B 3) Voorbeeld: ‘Lina reikte de koffiemolen van onder de schouwmantel en zette zich aan 't maken’ Gevonden op https://www.dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0020.php