reusachtig, zeer groot, sterk persoon, kerel - Voorbeeld: ‘Hij is er een uit 't geslacht dat hier, bijzonderlijk op het eind der XVIII-de eeuw, in de rijkdom gezwommen heeft - reuzenkerels allemaal die de weelde dragen konden’ Gevonden op https://www.dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0020.php