samenspannen werkw. Uitspraak: [ ˈsamə(n)spɑnə(n) ] Vervoegingen: spande samen (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft samengespannen (volt.deelw.) stiekem samenwerken Voorbeeld: 'Ze wist zeker dat de gemeente en de woningbouwvereniging tegen haar samenspanden.' Synoniemen: samenzweren 2 definities... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/samenspannen