samenwerken werkw. Uitspraak: [ ˈsamə(n)wɛrkə(n) ] Afbreekpatroon: sa·men·wer·ken Vervoegingen: werkte samen (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft samengewerkt (volt.deelw.) met een of meer anderen werken aan hetzelfde Voorbeeld: 'goed met iemand kunnen samenwerken' Synoniemen: coöpereren samendoen Intensiveringen Hoe kun je s...
1) Als team handelen 2) Coöpereren 3) Medewerken 4) Met elkaar iets tot stand brengen 5) Samengaan 1) Coöpereren 2) Medewerken 3) Meewerken 
Samenwerken kan worden gedefinieerd als het gezamenlijk inzetten om een bepaald doel te bereiken. Samenwerking vindt plaats tussen minimaal twee personen, dus ook in een groep of tussen meerdere groepen. Samenwerken wordt gezien als een belangrijke competentie omdat het een efficiënte manier is om doelen te bereiken. Iedere persoon of elke groep b...
Bijdragen aan een gezamenlijk resultaat door een optimale afstemming tussen de eigen kwaliteiten en belangen én die van de groep - de ander. 
Bijdragen aan een gezamenlijk resultaat, ook wanneer de samenwerking een onderwerp betreft dat niet van direct persoonlijk belang is.
sociaal recht: het richten van de inspanningen van twee of meer personen of instanties op hetzelfde doel. Bijv. burgemeester ...