[Let op: Spelling en uitleg uit 1890] (Het ging op een -) het ging er op los. Van uitbundige feestvreugde, feestgejoel en getier. Uit 1 Sam. XXV:2, 4 en 36 (Nabal, feestvierend bij gelegenheid dat hij zijne drieduizend schapen scheren liet).
Gevonden op
https://www.dbnl.org/tekst/beer004woor01_01/beer004woor01_01_0023.php
Geen exacte overeenkomst gevonden.