slijmjurk zelfst.naamw. (de) Afbreekpatroon: slijm·jurk Verbuigingen: slijmjurken (meerv.) Verbuigingen: slijmjurkje (verkleinwoord) 1) onaangenaam persoon die alsmaar tracht in het gevlij te komen Voorbeeld: 'Ik kan die slijmjurk niet meer zien!' 2) tweede betekenisomschrijving. Voorbeeld: 'Zin met het paginawoord ...
1) Flikflooier 2) Kruiperig iemand 3) Kruiperig persoon 4) Pluimstrijker 5) Slijmbal 6) Slijmerd 7) Vervelend mens 8) Vervelend persoon 9) Vleier 10) Zeur 1) Kleverige kleding 2) Kontlikker 3) Pluimstrijker 4) Vleier 
wie overdreven lief doet om iets gedaan te krijgen vb: die slijmjurk krijgt altijd veel voor elkaar
•onaangenaam persoon die alsmaar tracht in het gevlij te komen. •tweede betekenisomschrijving. •enz.