smalen werkw. Afbreekpatroon: sma·len Verbuigingen: smaalde Vervoegingen: gesmaald (volt.deelw.) blijk geven van minachting Voorbeeld: 'Hij smaalt alleen maar als je erover begint.' . Synoniemen: honen smaden 3 definities...
1) Beledigen 2) Beschimpen 3) Geringschatten 4) Geringschattend spreken 5) Honen 6) Honend spreken 7) Kleinerend spreken 8) Met geringschatting spreke 9) Met geringschatting spreken 10) Met minachting spreken 11) Schimpen 12) Schokkeren 13) Schollen 14) Schrollen 15) Smaden 16) Spotten 17) Zich vernederend uitlaten 1) Beschimpen 2) Honen 3) Schimpen 4) Schrollen 5) Smaden 6) Vernederen 
met minachting spreken (toon de herkomst via de etymologiebank)
het met minachting zeggen vb: 'dat kun jij toch niet', smaalde Caspar
met geringschatting spreken