jouwen werkw. Afbreekpatroon: jou·wen Verbuigingen: jouwde Vervoegingen: gejouwd (volt.deelw.) luidkeels van afkeuring en minachting blijk geven Voorbeeld: 'Na die ongelukkige bewering werd er gejouwd en gefloten.' . Synoniemen: joelen 2 definities...
1) Beledigen 2) Hoeën 3) Joelen 4) Kwetsend naroepen 5) Naschreeuwen 6) Schelden 7) Schimpen 8) Schreeuwen 9) Uitjouwen 1) Naschreeuwen 2) Schelden 3) Schimpen 
schimpen (toon de herkomst via de etymologiebank)
1) honende, kwetsende, smalende kreten slaken, vaak op luide toon en door vele personen tegelijkertijd; honend schreeuwen 2) op luidruchtige wijze uiting geven aan zijn emoties; joelen
schimpen