de snee zelfst.naamw. (m./v.) Uitspraak: [ sne ] Verbuigingen: sneeën (meerv.) 1) langwerpige wond door iets scherps Voorbeeld: 'Ik heb een snee in mijn vinger gekregen bij het uien snijden.' Synoniem: snijwond 2) afgesneden plak Voorbeelden: 'een dikke snee brood' , 'een snee kaas' Synoniemen: afsnee boterham haal ...
1) Afgesneden schijf 2) Afsnee 3) Boterham 4) Coupe 5) Diepe wond 6) Glip 7) Groef 8) Haal 9) Huidbeschadiging 10) Huidverwonding 11) Incisie 12) Inkeping 13) Inkerving 14) Insnede 15) Insnijding 16) Jaap 17) Kartel 18) Keep 19) Kerf 20) Kut 21) Pasvorm 22) Plak 23) Plak brood 24) Scherpe kant van een mes 1) Boterham 2) Coupe 3) Glip 4) Houw 5) Incisie 6) Inkeping 7) Inkerving 8) Insnijding 9) Jaap 10) Kerf 11) Kloof 12) Meskant 13) Moot 14) Inkeep 15) Groef 16) Pasvorm 17) Plak 18) Rip 19) Scherpte 20) Snede 21) Sneetje 22) Snijkant 23) Snijvlak 24) Snijwond 25) Spleet 26) Vagina 27) Verwonding 28) Wond 
insnijding; plak (toon de herkomst via de etymologiebank)
•inkeping gemaakt door het snijden met een mes of ander scherp voorwerp. •een afgeneden plak, meestal van brood. •tweede betekenisomschrijving. •enz.
[Let op: Spelling en uitleg uit 1890] (Toneel), grote coupure of hak (uitlating, weglating - uit een tooneelstuk).
snede in: Voorbeeld: ‘sneê om sneê: naast elkaar
Holte van het zwaard.