de soigneur zelfst.naamw. (m.) Afbreekpatroon: soig·neur Verbuigingen: soigneurs (meerv.) Verbuigingen: soigneurtje (verkleinwoord) iemand die soigneert (verzorger van lichamelijke en geestelijke conditie van sportlui) . 1 definitie... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/soigneur