
de speaker zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ 'spikər ] Afbreekpatroon: spea·ker Verbuigingen: speakers (meerv.)
1) doos waar elektrisch versterkt geluid uit komt Voorbeeld: 'een geluidsinstallatie met twee speakers' Synoniem: luidspreker
2) native speaker (moedertaalspreker) Synoniemen: box luidspreker 2 definities....
Gevonden op
https://www.woorden.org/woord/speaker

1) Box 2) Deel van een grammofoon 3) Deel van een muziekinstallatie 4) Deel van een stereo-installatie 5) Engelse lagerhuisvoorzitter 6) Geluidbox 7) Geluidsbox 8) Luidspreker 9) Luidsprekerbox 10) Omroeper 11) Omroeper bij sportwedstrijden 12) Redenaar 13) Spreker 14) Voorzitter engelse lagerhuis 15) Voorzitter van het Britse Lagerhuis
Gevonden op
https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Speaker/1

1) Luidspreker 2) Spreker
Gevonden op
https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Speaker/1
[Let op: Spelling en uitleg uit 1890] voorzitter in het Britsch parlement. letterlijk
woordvoerder, redenaar. Oneigenlijke benaming derhalve; want de (inspannende) taak van dien voorzitter vereischt een voortdurend scherp luisteren, waarbij weinig of nooit behoeft te worden gesproken. De Speaker van het Lagerhuis ge...
Gevonden op
https://www.dbnl.org/tekst/beer004woor01_01/beer004woor01_01_0023.php
Geen exacte overeenkomst gevonden.