Spekkoper definities

Zoek op

spekkoper

spekkoper logo #1000de spekkoper zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ 'spɛkopər ] Afbreekpatroon: spek·ko·per Verbuigingen: spekkopers (meerv.) iemand die goede zaken doet of gedaan heeft Voorbeelden: 'Wij hebben ons huis heel goedkoop kunnen kopen. Onze makelaar noemde ons spekkopers.' , 'De schatkist lijkt spekkoper te zijn bij het verlenen van staatssteun aa...
Gevonden op https://www.woorden.org/woord/spekkoper

Spekkoper

Spekkoper logo #10101) Een bemiddeld persoon 2) Gelukkige 3) Geluksvogel 4) Iemand die er warmpjes bijzit 5) Iemand die in varkensvlees handelt 6) Man in bonis 7) Welgesteld persoon
Gevonden op https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Spekkoper/1

Spekkoper

Spekkoper logo #10101) Gelukkige 2) Praatjesmaker
Gevonden op https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Spekkoper/1

Spekkoper

Spekkoper logo #11482(Amsterdams) mazzelaar, goede zaken doen, een doorslag hebben
Gevonden op http://www.mokums.nl/cursus_amsterdams.html

spekkoper

spekkoper logo #10778Spreekwoorden: (1914) Een heele (of behouden) spekkooper zijn
d.w.z. geluk in zijn zaken gehad hebben, een heel heer zijn; er weer bovenop zijn; eig. iemand die spek kan koopen? vgl. vetkooper. Sedert de 18<sup>de<-sup> eeuw is de uitdr. bekend. Vgl. Harreb. I, 435: Het is een heele spekkooper; Boefje, 106: Z'...
Gevonden op https://www.encyclo.nl/lokaal/10778

spekkoper

spekkoper logo #10936 Amsterdams woord voor geluk met de handel hebben
Gevonden op https://www.encyclo.nl/lokaal/10936
Geen exacte overeenkomst gevonden.