
de stiefdochter zelfst.naamw. (v.) Uitspraak: [ 'stifdɔxtər ] Afbreekpatroon: stief·doch·ter Verbuigingen: stiefdochters (meerv.)
dochter van je partner waarvan je zelf geen biologische ouder bent Voorbeeld: 'Mijn man is na het overlijden van zijn vrouw met mij getrouwd en ik heb nu een stiefdochter.' 2 definities...
Gevonden op
https://www.woorden.org/woord/stiefdochter

1) Aangenomen kind 2) Dochter van partner uit een vorig huwelijk 3) Familielid uit vorig huwelijk 4) Famillielid 5) Kind uit een vorig huwelijk 6) Kind uit een vroeger huwelijk van de partner 7) Kind van de partner
Gevonden op
https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Stiefdochter/1

dochter van iemands partner uit een eerdere relatie
Gevonden op
https://anw.ivdnt.org/article/stiefdochter
Geen exacte overeenkomst gevonden.