de struik zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ strœyk ] Verbuigingen: struiken (meerv.)
1) grote plant met dunne takken Voorbeeld: 'planten, struiken en bomen in de tuin hebben' Synoniem: heester
2) eenheid van sommige soorten groente Voorbeelden: 'een struik andijvie' , 'drie struikjes witlof' Synoniemen: bosje heester...
Gevonden op
https://woorden.org/woord/struik
1) Plant met veel stengels 2) Plant 3) Nederlandse wiskundige 4) Grote buitenplant 5) Houtige plant 6) Wiskundige 7) Heester 8) Boomachtige heester 9) Heestergewas 10) Bosje 11) Zich in houterige takken verdelende plant 12) Gewas 13) Vegetatie
Gevonden op
https://mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Struik/1
heester
Jaar van herkomst: 1265-1270 (CG Lut.K )
Gevonden op
https://dbnl.org/tekst/sijs002chro01_01/colofon.php
heester; bos groente (toon de herkomst via de etymologiebank)
Gevonden op
https://etymologiebank.nl/trefwoord/struik
grote plant die zich vanaf de grond vertakt vb: we hebben een bessenstruik in de tuin
Synoniem: heester
krop bladgroente vb: hier heb je een struik andijvie
Gevonden op
https://mowb.muiswerken.nl/
heester
Gevonden op
https://uitleenwoordenbank.ivdnt.org/index.php/uitleen/zoek_gecombineerd_ca
Een struik of heester is een houtige plant, die zich onmiddellijk boven of reeds in de grond vertakt in een aantal takken, die redelijk dik kunnen worden. Er wordt dus geen stam gevormd. Struiken worden daardoor niet zo hoog als vele boomsoorten en komen van nature met name voor in bosranden.
[basiswoordenlijst groep 3]Gevonden op
https://wikikids.nl/Struik
(heester) Een vanaf de voet vertakte, houtige plant, zonder een duidelijke stam
Gevonden op
https://wilde-planten.nl/
Geen exacte overeenkomst gevonden.
