terugbezorgen werkw. Uitspraak: [ tə'rʏxbəzɔrxə(n) ] Vervoegingen: bezorgde terug (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft terugbezorgd (volt.deelw.) iets teruggeven aan de eigenaar of aan de persoon voor wie iets bedoeld is Voorbeeld: 'een dvd die je geleend hebt, terugbezorgen aan je zus' Synoniemen: heruitzenden retourneren terugbren...
1) Heruitzenden 2) Rapporteren 3) Retourneren 4) Terugbrengen 5) Terugsturen 6) Terugwijzen 1) Heruitzenden 2) Retourneren 3) Terugbrengen 4) Terugsturen 5) Terugwijzen