de topman zelfst.naamw. (m.) Afbreekpatroon: top·man Verbuigingen: topmannen (meerv.) Verbuigingen: topmannetje (verkleinwoord) iemand met veel zeggenschap in een grote onderneming, NGO of overheidsorganisatie. Voorbeelden: 'de topman maakte zich vooral zorgen om zijn pensioenregeling ' , 'Vestia wil 1,9 miljard van oud-topman ' . Synoniem...
1) Belangrijkste renner 2) Bestuursvoorzitter 3) Directeur 4) Hoge leidinggevende 5) Hoge pief 6) Hoog leidinggevend persoon 7) Kopstuk 8) Leidinggevende 1) Bobo 2) Bonze 3) Kopstuk 
hoofdman, kapitein - Voorbeeld: ‘Op de “Z.B. 4.” was de meester met de topman lustig aan de kout’