fris, helder (als de morgen) - Voorbeeld: ‘Toen Hans Mildred zag liet hij de hond los; hij sprong op naar hem en naar haar, hij blafte en groette en was de levendige uitdrukking van hun eigen uchtendhelder geluk’ Gevonden op https://www.dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0023.php