verenigen werkw. Uitspraak: [ vərˈenəxə(n) ] Afbreekpatroon: ver·eni·gen Vervoegingen: verenigde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft verenigd (volt.deelw.) samenbrengen Voorbeelden: 'de Verenigde Naties' , 'zich verenigen in een vakbond' je niet kunnen verenigen met de doelstellingen van de organisatie (de doelstellingen van de o... Gevonden op https://woorden.org/woord/verenigen
het er niet mee eens zijn vb: ik kan mij niet met dat voorstel verenigen één geheel worden vb: de twee partijen hebben zich verenigd in één nieuwe partij Tegenstellingen: splitsen scheiden vertakken er één geheel van maken vb: de voorzitter probeerde de standpunten te verenigen Tegenstellingen: splitse... Gevonden op https://mowb.muiswerken.nl/
•afzonderlijke delen tot één geheel maken. • tweede betekenisomschrijving •:"Zin met het 'paginawoord' in de tweede betekenis erin." • enz. Gevonden op https://nl.wiktionary.org/wiki/verenigen