verpakken werkw. Uitspraak: [ vərˈpɑkə(n) ] Afbreekpatroon: ver·pak·ken Vervoegingen: verpakte (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft verpakt (volt.deelw.) in een papier, doos enz. doen Voorbeelden: 'Zal ik het als een cadeautje verpakken?' , 'Vacuüm verpakken is één van de beste manieren om voedsel te conserveren.' Synoniem: inp...
1) Emballeren 2) Inwikkelen 3) Inpakken 4) In papier wikkelen 
Het geheel of gedeeltelijk bedekken met of insluiten in een buigzaam materiaal, vooral door middel van omwikkelen of opvouwen.
Inpak, laad- en transportservice voor uw particuliere pand, kantoor, administratie of bedrijf.
alles wat je mee wilt nemen, erin doen vb: hoe verpakken jullie dat apparaat als je het verstuurt? Synoniemen: pakken inpakken Tegenstelling: uitpakken
inpakken
Verpakken is inpakken, iets in een kartonnen doos(je) doen en omwikkelen met pakpapier zodat het verzonden of meegenomen kan worden. [basiswoordenlijst groep 3]
het vervangen van pakkingen, afdichtingen. Het handelt zich hierbij meestal om vet- of grafietkoord dat als asafdichting voor pompen en schroefassen gebruikt wordt.